27 Mhz

Met de term 27 MC ofwel 27 megacycles per second wordt de CB-frequentieband bedoeld. De term is de verouderde Engelse benaming voor 27 megahertz, de algemene frequentie. De golflengte is 11 meter. Vandaar dat de CB-band ook wel 11 meter-band genoemd wordt. CB staat voor Citizens' Band, Engels voor "burgerlijke radioband". In Nederland loopt de band van 26,965 MHz tot 27,405 MHz.

Het zenden gebeurt met het zogenaamde "bakkie", een radio waarmee ontvangen maar ook uitgezonden kan worden. Overigens gebruiken soms ook radiopiraten deze term om hun zendapparaat aan te duiden. Het gebruik van CB-radiozendontvangers is vergunningvrij maar wel aan regels gebonden. Zo moet er gebruikgemaakt worden van goedgekeurde apparatuur en mag er alleen uitgezonden worden met de volgende modulatietechnieken en bijbehorende vermogens.

piratenzender

Een piratenzender, zendpiraat, etherpiraat, radiopiraat of geheime zender is een radio- of televisiezender die zonder zendvergunning of toestemming uitzendt, vaak op regionale schaal vanuit geïmproviseerde studio's.

Vaak wordt hiermee gerefereerd aan de zeezenders die in de jaren 50 tot en met de jaren 90 vanaf schepen en installaties (zoals booreilanden en zeeforten) op de Noordzee buiten de territoriale wateren naar diverse landen uitzendingen deden. Goedbeschouwd waren de zeezenders geen piraten in de zin van de wet; er was immers geen wet die het uitzenden vanaf de Noordzee verbood.

Naast de piraten die muziek uitzenden kent men ook piraten die door middel van een algemene oproep (CQ), enkel verbindingen (QSO's), proberen te leggen met andere piraten, net als de zendamateur maar dan zonder de benodigde vergunningen. Vaak gaat dit samen met DX-en, het beluisteren van verafgelegen zenders.

Zendpiraten worden als een probleem beschouwd als ze met veel te groot vermogen en slecht afgeschermde apparatuur uitzenden. Hierdoor kunnen reguliere radio-uitzendingen, andere toepassingen van de ether, maar ook video en andere apparatuur in de omgeving aanzienlijk worden gestoord. Vroeger werd bij optredende klachten dan de PTT Radio Controle Dienst ingeschakeld die de piraat met radiorichtingzoekers opspoorde waarna de apparatuur werd ingenomen en al dan niet een flinke boete werd uitgedeeld. Tegenwoordig wordt dergelijke opsporing en handhaving door het Agentschap Telecom uitgevoerd.

Sommige luisteraars zijn sterk aan zendpiraten gehecht, vaak omdat deze een bepaald soort muziek uitzenden die naar de mening van veel liefhebbers te weinig gewaardeerd wordt door officiële radiostations. Ten tijde van de zeezenders was dit vooral de toen moderne popmuziek, later was het vooral het levenslied en polka's dat bij de piraten meer aan bod kwam.

Werking

RDF's werken door een richtingsgevoelige antenne in diverse richtingen te laten wijzen, en dan te bepalen uit welke richting het radiosignaal het sterkst wordt ontvangen. Dit is dan de richting waarin de bron ervan zich bevindt.

Een andere mogelijkheid is om een rondomgevoelige antenne te laten bewegen in een cirkel in het horizontale vlak. Wanneer de antenne zich naar de bron toe beweegt wordt de ontvangen frequentie ten gevolge van het dopplereffect iets verhoogd en wanneer de antenne zich van de bron af beweegt verlaagd. Uit de relatie tussen de positie van de antenne en de veranderingen in de frequentie, kan worden afgeleid uit welke richting het radiosignaal komt. Een praktische toepassing van dit principe is een aantal vast opgestelde antennes in een cirkel, die met een elektronische schakelaar beurtelings op een ontvanger worden aangesloten. Er zijn dan geen bewegende delen en de (virtuele) draaisnelheid wordt niet door mechanica beperkt. Bij hogere draaisnelheden is het dopplereffect groter en het systeem sneller.

Detectie

Een andere toepassing van RDF is plaatsbepaling van een doel. Deze toepassing wordt zowel in de luchtvaart als in de scheepvaart nog veel gebruikt als aanvullende informatie bij radar systemen. Hierbij wordt gebruikgemaakt van twee vast opgestelde RDF antennes die bij voorkeur een flink eind uit elkaar staan (liefst minimaal enkele tientallen kilometers). Wanneer een schip of vliegtuig zich via de radio meldt bij de verkeersleiding, bepalen de twee RDF's elk in welke richting het doel zich bevindt. De twee peillijnen die vanaf de plaats van beide RDF's op een kaart getekend kunnen worden, zullen elkaar kruisen op de plek waar het doel zich bevindt.

In het geval van RDF's als grondstations worden meestal geen draaibare antennes gebruikt, maar een flink aantal kleine, cirkelvormig opgestelde antennes. De radiorichtingzoeker werkt dan als pseudodoppler RDF of als correlatieve interferometer.

Opsporing[bewerken]

In de strijd tegen illegale radiozenders (zij het in oorlogstijd verzetszenders, zij het in vredestijd radiopiraten) werd de RDF en voorlopers van die apparatuur gebruikt om hen uit te peilen. In Nederland bracht de Radiocontroledienst, in België de BIPT zodoende in de jaren zeventig en tachtig menig vrijeradioavontuur tot een vroegtijdig einde.

Vossenjacht[bewerken]

Bij een radio-vossenjacht wordt een radiozender opgespoord met een radiorichtingzoeker, een landkaart en een kompas.

Band (radio)

Naar navigatie springenNaar zoeken springen

Een frequentieband is in de radiotechniek een deel van het elektromagnetisch spectrum van 3 Hz tot 33 GHz (3 THz). In de industriële en wetenschappelijke wereld zijn de frequentiebanden opgedeeld in kanalen. Om interferentie te voorkomen, zijn deze banden strikt gereglementeerd door nationale wetten en gecoördineerd door de International Telecommunication Union (ITU). De banden zijn als volgt ingedeeld:

  • AM (amplitudemodulatie) (530-1610 kHz) of tot 1710 kHz in Amerika)
  • KG (korte golf) (5,9-26,1 MHz)
  • De Citizens Band of kortweg 27 MC of nog "11 meterband" (26,965-27,405 MHz)
  • Kanalen 2-6 van de televisie (54-88 MHz in Amerika)
  • FM (88-108 MHz, behalve 76-90 MHz in Japan)
  • Airband (108-137 MHz) voor luchtverkeerscontrole
  • Kanalen 7-13 van de televisie (174-216 MHz in Amerika)
  • L-band (1452-1492 MHz) voor digitale radio (SCHAR) buiten de Verenigde Staten
  • Amateurradiobanden onderverdeeld in diverse kanalen
  • Militaire banden:
    • FM (35-87,9 MHz)
    • X-band (8-10 GHz)
    • S-band (1750-2400 MHz)
  • K-band (20-40 GHz), die verder wordt onderverdeeld:
    • Ka: K-bovenband, (27-40 GHz), die hoofdzakelijk voor radar en algemene mededelingen wordt gebruikt
    • Ku: K-onderband, (12-18 GHz), die hoofdzakelijk voor satellietcommunicatie wordt gebruikt
  • Radionavigatie, zoals LORAN en gps
  • V-band (50-75 GHz)
  • Marifoon (scheepvaart) (156-158 MHz)
  • amateurbanden, waaronder:
    • VHF of 2 meterband (144-146 MHz)
    • UHF of 70cm-band (430-440 MHz)

Elk van deze banden heeft een specifieke toepassing en protocol die aangeven hoe hij moet worden gebruikt om interferentie te voorkomen.

De ITU verdeelt het radiospectrum in 12 banden. Elk van deze banden begint op een golflengte die een veelvoud is van tien (10n) meter. Elk van deze banden heeft een eigen, traditionele benaming. Zo wordt de benaming HF (hoge frequentie) toegekend aan de band tussen 100 en 10 meter of aan de overeenstemmende frequenties tussen 3 MHz en 30 MHz.

 

Toepassingen

RDF's kunnen op twee manieren worden gebruikt: voor plaatsbepaling van de gebruiker (navigatie), of voor plaatsbepaling van een ander doel dan de gebruiker zelf (detectie).

Navigatie

In het geval dat de gebruiker zijn eigen positie wil vaststellen dient hij de locatie te weten van minstens twee radiostations waarop hij zijn RDF wil laten zoeken. Door de richting van deze twee stations te combineren met een derde gegeven, kan hij zijn eigen locatie berekenen. Dit derde gegeven kan diverse dingen zijn. Een mogelijkheid is de richting van een derde bekend radiostation. De onderlinge hoeken van de richtingen van de radiostations geven een drietal hyperbolen, de snijpunten van deze hyperbolen geven de locatie van de gebruiker. Deze methode is in principe gelijk aan het plaatsbepalen met behulp van LORAN, alleen wordt er nu geen gebruik gemaakt van tijdsverschillen maar van richting.

Er is echter een veel simpeler methode: als derde gegeven wordt dan de kompasrichting van de ontvangen radiostations gebruikt. Als de kompasrichting bekend is, kunnen op een land- of zeekaart simpelweg twee rechte lijnen getekend worden die de locatie van de radiostations snijden. Het kruispunt van deze lijnen is de locatie van de gebruiker.

Luchtvaart[bewerken]

 

 
Automatic Direction Finder(ADF) aanwijzer en ontvanger zoals gebruikt in de luchtvaart

 

In de luchtvaart is de toepassing van ADF(Automatic Direction Finder) in de vorm van (Non-directional beacons) na de Tweede Wereldoorlog vervangen door navigatie met behulp van VOR, terwijl deze op zijn beurt weer in onbruik raakt door de opkomst van het GPS.

Scheepvaart[bewerken]

RDF werd vroeger veel aan boord van schepen gebruikt, maar de nauwkeurigheid liet ten opzichte van LORAN-C en DECCA te wensen over. Desondanks waren RDF's tot eind jaren negentig verplicht aan boord van schepen. Dit was vanwege het sloepsbaken waarmee andere schepen een sloep van een schip dat bij een ramp betrokken was konden peilen. Sinds de invoering van GMDSS op 1 februari 1999 is de RDF van de schepen verdwenen. Aan boord van reddingsvaartuigen en SAR-units zoals helikopters is de VHF-marifoonpeiler altijd nog aanwezig als belangrijk hulpmiddel om schepen en noodbakens (zogenoemde PLB's, zie ook hieronder) op 121,5 MHz, op te sporen.

Offshore & veiligheid op zee[bewerken]

In de offshore olie- en gaswinning worden VHF-peilers nog volop gebruikt. Bijvoorbeeld op de Noordzee worden verplicht zogenoemde Personal Locator Beacons (vaak afgekort tot PLB) gedragen bij riskante werkzaamheden. Elk platform is dan ook uitgerust met een peiler om personeel dat overboord valt te kunnen traceren.